Infiltratie 6G D-Hydro : gevoeligheidsanalyse Maas en Rijntakken

In het kader van de SITO Programmasubsidie IenW 2023 werken Rijkswaterstaat Water, Verkeer en Leefomgeving (RWS-WVL) en Deltares aan het actueel houden van modelinstrumentarium binnen het thema Modellen Applicaties en Data (MAD). Binnen de deelprojecten MAD09 2023 - Hydraulica Schematisaties Zoet – Rijn en – Maas wordt gewerkt aan de modelschematisatie van de Rijntakken en Maas. Een belangrijk doel is dat uiterwaarden na hoogwater weer leeglopen zonder modelherstart, wat leidt tot betere figuren en inundatiepatronen. Deltares heeft Agtersloot Hydraulisch Advies (AHA) gevraagd om te onderzoeken of infiltratie kan bijdragen aan een snelle droogval van uiterwaarden met minimale ongewenste effecten. Uit simulaties blijkt dat infiltratie leidt tot de gewenste droogval van uiterwaarden. Voor de Maas voldoet de variant met de grootste infiltratiepolygoon en laagste infiltratiesnelheid aan de eisen, met voldoende droogval na ongeveer 30 dagen en een beperkt effect op de piekwaterstand. Voor de Rijntakken voldoet geen enkele variant volledig aan de eisen. De grootste infiltratiepolygoon en laagste infiltratiesnelheid zorgen wel voor voldoende droogval, maar het waterstandseffect op de IJssel voldoet niet aan de eisen. Voor de Waal en Nederrijn/Lek voldoet deze variant wel. Aanbevolen wordt om te beoordelen of droogval noodzakelijk is voor hoogwatervoorspellingen, te onderzoeken of differentiatie in infiltratiesnelheden mogelijk is, en verder te gaan met de implementatie van lange duikers in D-Hydro. Deze duikers verbeteren de modellering door water zowel in als uit de uiterwaarden te laten stromen. Daarnaast wordt aanbevolen om te onderzoeken of infiltratie een rol kan spelen bij de validatie van modellen, gezien de significante waterstandseffecten bij meerdere pieken in één hoogwatergolf.