Actualisatie zesde-generatie Maas-modellen : schematisaties j19_6, beno19_6, beno_mknov19_6
Auteur(s) |
E. van der Deijl
|
J.S. de Jong
|
A.Z. Visser
Publicatie type | Rapport Deltares
In de zesde generatie zijn nieuwe hydraulische 2D-modellen van de Maas van Lixhe tot Keizersveer opgezet met Baseline 6 en D-HYDRO in opdracht van Rijkswaterstaat. D-HYDRO werkt op basis van een ongestructureerd rooster en biedt daardoor mogelijkheden die in eerdere generaties Rijkswaterstaat-modellen niet aanwezig waren. De uitlijning van het rooster met de lokale geometrie en stroomrichting kan hierdoor significant worden verbeterd. Dit model is gekalibreerd en gevalideerd op recente hoogwatergolven (De Jong, 2021). Na kalibratie en validatie volgt de actualisatie van het model, waarmee het model geschikt wordt gemaakt voor diverse toepassing. Deze rapportage beschrijft de actualisatie naar een actueel (j19-) model en naar een model voor vergunningverlening en planstudies (beno19-model) dat ook geschikt wordt gemaakt voor toepassing in BOI (hr2023-model). Het definitieve actuele j19-model is een uitsnede vanuit Baseline-NL (baseline_nl_land-j19_6-v1). Het model wordt getoetst door uitvoering van een verschilanalyse met het j14-model. Uit deze verschilanalyse blijkt dat de modelresultaten van het geactualiseerde Maas-model plausibel zijn. Daarnaast geeft een vergelijking door RWS-ZN met betrekkingslijnen en metingen vertrouwen in de kwaliteit van het model. In het tweede deel van deze rapportage is een 2D-model afgeleid specifiek voor het uitvoeren van vergunningverlening en planstudies (beno19-model). Hiervoor wordt het j19-model uitgebreid met maatregelen van Vegetatielegger inclusief Stroomlijn fase 1 en 2, projecten watervergunningen, Maaswerken en overige (plan)maatregelen. Dit resulteert in het model beno19_6-w6. Een speciale variant hiervan (het beno_mknov19-model) bevat als enige toevoeging een maatregel waarbij alle maaskaden als niet-overstroombaar worden geschematiseerd. Ook deze modelresultaten zien er plausibel uit en de grote verschillen tussen beno19_6 en j19_6 zijn te verklaren aan de hand van veranderingen in de ingemixte maatregelen. Verschillen tussen beno_mknov19_6-w7 en beno19_6-w6 ontstaan vooral op de Grensmaas. Over het algemeen verhogen de niet-overstroombare kades langs de Grensmaas de waterstanden voor de hogere dynamische afvoeren van de beno_mknov19_6-w7 modelschematisatie. Deze verhoging kan oplopen tot zo’n 50 cm. De definitieve modellen beno19_6-v1 en beno_mknov19_6-v1 worden ten slotte verkregen op basis van de beno-versie van Baseline-NL, een ontwikkeling die parallel aan deze modelontwikkeling werd uitgevoerd. Door toevoeging van de uitvoerlocaties wordt daarnaast de definitieve modellen voor BOI-verkregen: hr2023_6-v1 en hr2023_mknov_6-v1.