Afronding en landing (raamwerk, landingsplekken) - ontwikkelen van oplossingsrichtingen, varianten en voorkeursvariant : stap 3 in de iteratieve werkwijze
Auteur(s) |
N.L. Kramer
|
M. de Bel
|
N.J.M. Ten Harmsen van der Beek
|
J. Breedeveld
|
A. Barneveld
|
I. de Kat
|
A. Krabbe-Lugnér
|
J. Helmer
|
H. Berger
Publicatie type | Rapport Deltares
Natte kunstwerken (zoals sluizen, stuwen, gemalen en damwanden) bereiken op een gegeven moment einde levensduur. Door zodra dit moment in zicht komt tijdig in te grijpen, kan worden voorkomen dat de betrouwbaarheid, beschikbaarheid, onderhoudbaarheid of veiligheid van de waterinfrastructuur in het geding komt. Het komen tot goed onderbouwde beslissingen aangaande toekomstbestendige investeringen voor deze natte kunstwerken die bijna einde levensduur bereiken vereist dat in de besluitvorming de beschikbare technische, functionele en economische kennis optimaal wordt benut. Dit geldt zowel voor de kunstwerken als voor de betreffende netwerken. Daarnaast dient rekening gehouden te worden met effecten van socio-economische, klimatologische en beleidsmatige ontwikkelingen.
In het Kennisprogramma Natte Kunstwerken (KpNK) is door Rijkswaterstaat en Deltares een iteratieve werkwijze ontwikkeld (zie Figuur S.1). Deze werkwijze is ontwikkeld ten behoeve van het doorlopen van de Regioanalyse en Planfase volgens de Vervanging en Renovatie (VenR)-Doorklikplaat van Rijkswaterstaat om beslismoment 1 (BM1 – voorbereid in de Regioanalyse) en beslismoment 2 (BM2 – voorbereid in de Planfase) goed, transparant, en navolgbaar voor te bereiden en te onderbouwen. Een belangrijke eigenschap van de ontwikkelde iteratieve werkwijze is ‘stapelbaarheid’. Hiermee wordt een herhaling van processtappen bedoeld waarbij in iedere herhaling (iteratie) er meer en/of betere informatie wordt verkregen voor onderbouwing van keuzes. Er wordt in de ontwikkelde werkwijze stapsgewijs gewerkt, van grof naar fijn met voortschrijdend inzicht, om steeds verder onderbouwd te komen tot VenR-beslissingen (hier de oplossingsrichting, varianten en voorkeursvariant). Verkregen informatie, uitgangspunten, berekeningen en beargumenteerde keuzes worden als onderdeel van de ontwikkelde methode transparant en eenduidig opgeschreven zodat bij vervolgvragen in het VenR-proces hierop kan worden voortgebouwd en de onderbouwing van keuzes op een juist detailniveau kan worden gebracht. In de ontwikkelde werkwijze wordt rekening gehouden met de verschillende functies van natte kunstwerken en (onzekere) toekomstige ontwikkelingen (drivers). Er is bij de opzet van de werkwijze zoveel mogelijk aangesloten bij de gangbare werkwijzen van Rijkswaterstaat.