Meetverslag grasbekledingsproeven brandslangmethode Waddenzeedijk
Auteur(s) |
L.M. Wopereis
|
P. van Steeg
Publicatie type | Rapport Deltares
De erosieve eigenschappen van gras en klei zijn moeilijk te bepalen door het complexe karakter en de heterogeniteit van beide materialen. De brandslangmethodiek een laagdrempelige methodiek die ook het dominante effect van de gestructureerdheid van klei en de mate van samenhang van een grasbekleding in beschouwing neemt. In september 2021 zijn acht proeven uitgevoerd met deze methodiek op het binnentalud van de Waddenzeedijk in Friesland. Zeven van de proeven zijn uitgevoerd op een testlocatie zonder overgang en één is uitgevoerd op een testlocatie met een opsluitband als overgang. De proeven op de testsectie zonder overgang zijn uitgevoerd om het effect van verschillende instellingen (met name de spuithoek en de stroomsnelheid) beter in beeld te krijgen. De resultaten van de herhalingsproeven laten een fors verschil zien in schadediepte, -lengte en -breedte. Ondanks de grote afwijking van resultaten lijkt de brandslangmethode geschikt om proeven uit te voeren op gras zonder overgang. Wel dient er een framework opgesteld te worden waarmee de resultaten kunnen worden geduid. Dit framework dient zowel een fysische component als een statistische component te hebben. De brandslangmethode lijkt minder geschikt voor proeven op overgangen doordat het dan moeilijk is om de methode goed in te stellen. De waterstraal moet net boven de overgang spuiten zonder te veel op de overgang zelf te spuiten. Een mogelijke oplossing hiervoor is om een hoge stroomsnelheid te kiezen, om een continue waterstraal te hebben, wat makkelijker in te stellen is. Met deze acht proeven is veel data gewonnen en meer inzicht gekregen in de werking van het systeem, namelijk de respons (erosieve eigenschappen) van een graszode op verschillende belastingen aangebracht door de spuitmond. Deze data kan worden gebruikt om de brandslangmethode verder te ontwikkelen.