Systeemanalyse van de Rijn-Maasmonding voor verzilting : synopsis en deelrapporten 2016
Auteur(s) |
M. Tiessen
|
W.M. Kranenburg
|
G.J. ter Maat
|
Y. Huismans
|
C. Kuijper
|
M.J.P. Mens
|
R.M. van der Wijk
Publicatie type | Rapport Deltares
Het doel van dit project is de kennis van en inzichten in het onderwerp (exteme) verzilting via oppervlaktewateren in de Rijn- en Maasmonding te vergroten, om de invloed van ingrepen en maatregelen in het systeem op verzilting beter in beeld te kunnen brengen. In dit project worden vier velden, t.w. Systeemkennis, Proceskennis, Modelinstrumentarium en Statistiek, geïnventariseerd (fase 1), beschreven (fase 2) en verdiept (fase 3). De doorlooptijd van het totale project beslaat 3 jaar. Fase 1 en 2 vonden plaats in 2015. Fase 3 geschiedt in 2016 en 2017. In 2016 zijn verschillende deelonderwerpen nader onderzocht: 1) Waterverdeling binnen het RMM systeem, transport op splitsingspunten ; 2) Noord-zuid relaties in het RMM systeem: sturende invloed van de Haringvliet en Hollandsch diep op zoutindringing ; 3) Haringvliet lokaal: werking diepe geulen en uitspoeling zout ; 4) Verzilting Hollandsche Ijssel: conflicterende (transport-)processen en minimaal benodigde hoeveelheid zoetwater ; 5) Verziltingstypen per deelgebied, vertaling van de inzichten naar concrete aanbevelingen voor de aanpalende projecten rond verziltingsstatistiek. Dit rapport bevat de synopsis van de werkzaamheden die in 2016 zijn uitgevoerd. In bijlagen zijn de rapporten en memo's behorende bij de verschillende deelonderwerpen opgenomen. De belangrijkste en direct toepasbare bevindingen hieruit zijn dat voor noord-zuid relaties (2) een nieuwe en effectievere vuistregel is afgeleid om achterwaartse verzilting te bepalen en dat voor de Hollandsche IJssel (4) de diffusie is bepaald op basis van meetgegevens. Deze kan nu worden toegepast bij de bepaling van het doorspoeldebiet om verzilting bij Gouda tegen te gaan. Begin 2017 zal op basis van de bevindingen uit 2016 en de nog openstaande beheer- en beleidsvragen, kennisvragen worden geformuleerd die in het laatste jaar (2017) van de verdiepingsfase nader zullen worden onderzocht.