Geschikte paaigebieden en kraamkamers bepalen

In deze nieuwe studie, die financieel ondersteund is door het EU-project MERLIN, werd de beschikbaarheid van benodigde leefgebieden voor de steur onderzocht. Dit om te beoordelen of de uitzet van deze bedreigde vissoort door kan gaan. De Rijn biedt kansen voor de terugkeer van de steur, doordat de rivier (met een lengte van 850 km) nog in open verbinding staat met de Noordzee en een verbeterde waterkwaliteit heeft. Onbekend was of er voldoende paai- en opgroeiplaatsen zijn, door alle menselijke veranderingen aan de rivier.

In het onderzoek werden drie stadia doorlopen. Debora van Dieren, TU Delft, heeft de benodigde rivierkundige informatie verzameld en gemodelleerd. Eerst werden de habitateisen van de steur geïdentificeerd. Vervolgens zijn 1D modellen en aanvullende data gebruikt om de stroomsnelheid, diepte en sedimentgrootte over het Duitse en Nederlandse gebied te bepalen. Deze gegevens werden met de D-Eco Impact softwaretool verwerkt tot GIS-kaarten (kaarten met geografische informatie), die de kwalitatief goede paaiplaatsen en opgroeigebieden van de steur tonen.

Door te kijken door de ogen van de vis, ga je het ecosysteem en het waterbeheer op een andere manier observeren. In het kielzog van de steur zwemmen andere vissoorten die daar ook van gaan profiteren.

Niels Brevé, Sportvisserij Nederland en Wageningen Universiteit

Niels Brevé, Sportvisserij Nederland en Wageningen Universiteit zet een jonge steur uit
Niels Brevé, Sportvisserij Nederland en Wageningen Universiteit, zet een jonge steur uit.

Positief resultaat

D-Eco Impact vergelijkt rivierkundige informatie met de eisen van de steur, helpt met de verwerking van data en maakt deze studie reproduceerbaar voor andere rivieren. De berekening is eenvoudig uit te breiden met nieuwe informatie. Het onderzoek in deze studie heeft een mooi resultaat: het blijkt dat geschikt paaigebied zich vooral bevindt in de Duitse deelstaat Noordrijn-Westfalen, terwijl geschikt opgroeigebied vooral in Nederland zit. Een kritische noot is wel op zijn plaats: de rivierkundige geschiktheid is maar een deel van de puzzel, want deze wordt aanzienlijk verminderd door natte infrastructuur (zoals dammen en sluizen) en de binnenvaart.

Marc Weeber en Wouter Schoonveld
Marc Weeber (Product Owner Waterkwaliteit en Ecologie Deltares) en Wouter Schoonveld (Developer Deltares) bekijken samen de migratieroute van de steur in de Rijn
Met de D-Eco Impact tool kunnen we de ecologische impact in projecten sneller berekenen én er toekomstgerichte oplossingen voor vinden. In deze studie gebruikten we D-Eco Impact voor het uitrekenen van geschikt paai- en opgroeigebied voor de steur.

Marc Weeber, Product Owner Waterkwaliteit en Ecologie bij Deltares

Rol van D-Eco Impact in de Rijn

Met het vergelijken van data en de vereisten ontstaat een helder, ruimtelijk beeld van de geschiktheid van de Rijn voor herintroductie van de steur en kunnen kansen voor habitatherstel en -bescherming voor verschillende levensstadia geïdentificeerd worden. Ook bieden de uitkomsten inzicht in wat de verwachtte effecten van klimaatverandering zijn. De methode is zo opgezet dat deze, als er voldoende data beschikbaar is, ook toegepast kan worden op andere rivieren in Noordwest-Europa. Dit maakt vergelijkingen tussen rivieren voor toekomstige herintroductieprojecten mogelijk.

Meer details over dit onderzoek en de mogelijkheden voor het herstellen van de natuurlijke leefomgevingen van de steur lees je in de wetenschappelijke publicatie: 'Assessing Potential Spawning and Nursery Habitat Availability in the River Rhine for the Critically Endangered European Sturgeon'.

Naar publicatie

Deze pagina delen.